‘Feestelijk’ overlijdensritueel en een behoorlijke jungletocht
18 april 2023 - Pempe, Suriname
Gisterenavond was er ’s avonds vanaf de overzijde van de Surinamerivier, waar het dorpje Pingpe gelegen is, heel wat (feestelijk) lawaai te horen: tromgeroffel, getoeter, losse flodders werden afgeschoten, en later op de avond, via geluidsboxen, Afrikaanse dansmuziek! We dachten dat er een feestje werd gebouwd, maar de volgende avond herhaalde zich dit fenomeen, en de daarop volgende avonden telkens weer. Het begon telkens rond 17:00 als een paar bootjes aan kwamen varen, van waarop het tromgeroffel en getoeter begon, samen gaand met geroep, gejuich, handgeklap… Deze bootjes meerden aan bij Pingpe, waarna alle opvarenden aan land ging, met verder durend feestgedruis… De Marrons (inheemse bevolking) in actie! (Tussen haakjes: de huidige Marrons zijn afstammelingen van destijds gevluchte slaven, die een onafhankelijk bestaan uitgebouwd hebben in de jungle.)
Chapeau legt ons uit: “Begin deze week is een ‘basha’ overleden. Een basha is, na de ‘kapitein’ van het dorp, de belangrijkste figuur in de dorpsgemeenschap. De ‘jongens’ die aan komen varen zijn de grafdelvers die vanuit de nabij gelegen dorpen komen afgezakt om het overlijdensritueel te behartigen. Elke avond tot vroeg in de morgen (soms tot 5:00) wordt a.h.w. een feestje gebouwd, enerzijds als soort rouwritueel, anderzijds als een uiting van dankbaarheid voor het lange leven dat de overledene werd toebedeeld. Bij een gewone dorpsbewoner wordt misschien maar één dag feest gehouden, bij een vroegtijdig overlijden misschien zelfs géén. Hoe belangrijker de functie van de overledene was, hoe langer de ‘feest’periode duurt.” Op onze vraag of de vrouw en de dichte familie bij dit alles aanwezig zijn, is het antwoord: “Neen, zij rouwen thuis. Het ritueel is enkel bedoeld voor de dorpsgemeenschap.”
Op de tweede dag mochten we zo’n avond in het dorp bijwonen. Eens de grafdelvers goed en wel in het dorp aangekomen zijn (én met heel veel respect worden behandeld > wij moeten mooi ingetogen aan de zijkant van de weg blijven staan, als zij voorbijkomen), wordt er een ganse avond gedanst op een specifieke wijze, waarbij een cirkel wordt gevormd door alle aanwezigen en er telkens één of twee personen zich naar het midden begeven, bepaalde rituele danspassen uitvoeren en daarna terug in de cirkel opgenomen worden. (Een beetje zoals bij de ‘bamba’, de kusjesdans van in onze tijd, weet je nog? Maar hier wordt wel niét gezoend!!!) Telkens wordt er afgewisseld, zodat nagenoeg iedereen aan bod komt. Eén van ons, ‘witte’ mensen, werd zelfs door een dorpsmeisje op de dansvloer gehaald om mee te dansen, waarbij weer maar eens duidelijk werd hoe ‘houterig’ wij dansen ten opzichte van de mensen hier. Eén van de vrouwen zingt allerlei liedjes met min of meer dezelfde melodie, maar telkens met andere teksten. De omstaanders begeleiden de dansers met ritmisch handgeklap (holle handen op elkaar) en zingen de refreintjes mee. De kist met het lichaam van de overledene ligt opgebaard aan de zijkant van een soort, hoe zou ik het noemen, ‘carport’. Ze lijkt op schragen te liggen, en het geheel wordt gedrapeerd met kleurrijke doeken op een wijze die een beetje een ‘hemelbed’ of klamboe vormt, over de kist heen. Af en toe gaan een aantal dansers naast de kist dansen, om dan terug te keren naar de dansvloer. Heel het ritueel gaat gepaard met gelach, gejoel, het scanderen van iemands naam (die dan super zijn best doet om een mooi stukje dans ten beste te geven) en extra handgeklap nu en dan, wat precies wat contradictorisch lijkt met het idee van een ‘begrafenisritueel’.
Maar eens je beseft welke bedoeling dit ritueel heeft, moet ik toegeven dat het alleen maar respect afdwingt. Een héle, weliswaar kleine, dorpsgemeenschap die, in hun rouwproces, ondersteund wordt door bezoekers van de nabijgelegen dorpen op een zo pakkende wijze… toch wel een héél mooi sociaal gegeven, niet? En we merkten ook dat géén van ons zessen (‘witte’ volwassenen) er afkerig of onverschillig bij stond: het dééd ons precies allemaal iets… Het is dan ook zó vanzelfsprekend dat wer geen foto’s namen, gewoon uit respect. Je maakt trouwens best nergens foto’s van mensen zonder hun toestemming…
Om 8:00 deze morgen genieten we van een lekker, eenvoudig ontbijt: sandwiches, brood, choco, confituur, pindakaas, roerei.
Er staat ons een wandeling te wachten doorheen de jungle; doel is de Ananasberg. Eerst 20 minuutjes varen…
Oef! Een wandeling van 4 uur doorheen de jungle… best heftig, warm, maar gelukkig ook veel schaduw! Eén duidelijk pad voert ons door de jungle heen, startend vanaf de Medische Post in het dorpje Djoemoe, richting Ananasberg.
Rijpe ananassen om te eten hebben we er spijtig genoeg niet gevonden. Chapeau, onze gids, vindt op een bepaald ogenblik een palmboom met er onder een kleine gele vrucht. “Kijk, zo moet je deze opeten” (hij prutst de pel er af, tot hij het vruchtje alléén over heeft, bijt er dan in en eet het beetje bij beetje op). Wij staan er op te kijken, denken “misschien mogen we ook eens proeven?” en dan zegt Chapeau, ons lachend aankijkend: “Tja, er is er maar ééntje!” Leukerd…! 😊 (zie video!) Het wordt wel een leerrijke wandeling, waarbij Chapeau ons allerlei zaken over de bomen en planten vertelt, en hoe een kostgrondje (moestuintje) er gecreëerd wordt;
hij heeft het over vlinders, vogels, apen en andere dieren die in het woud voorkomen. Een gids meehebben die er geboren en getogen is… toch niet te versmaden!
Na de heen- en terugwandeling hebben we halt gehouden bij de Tamawatra Sula (stroomversnelling), waar de Gran Rio vanuit het binnenland samenvloeit met de Pikin Rio en zo samen de Surinamerivier vormen. We hebben er eerst wat gegeten (zoete aardappel, zoete cassave, groentjes en kleine héél knapperig geroosterde visjes die je opeet met graatjes en al. Héél lekker en fijn van smaak! Na het eten konden we in de sula baden, zwemmen en genieten van het kolkende water. Ik speelde er ‘krokodil’ met Lily, de ukkepuk van Dimphy en Remco… wat ze héél grappig vond!
Na één à twee uur keerden we terug naar Pingpe. Na het sobere avondmaal (rijst, gekookte aubergine en kippenbrokjes) zijn we dan in het donker vertrokken naar het dorpje Pingpe aan de overkant voor het rouwritueel, dat ik hiervoor beschreef.
Lily (van 3) is héél blond van haar en krijgt dan ook van de zwarte kindjes van ongeveer haar leeftijd héél veel aandacht! Ze willen haar steeds maar aaien, haar blonde haartjes voelen,… maar Lily lijkt het zich weinig aan te trekken en vindt het gewoon leutig; “ze willen met me spelen”.
Bij de terugkeer uit het dorp bewonderen we de prachtige, letterlijk schitterende, sterrenhemel! De Melkweg, de Grote Beer hangt hier ondersteboven, de Kleine Beer zien we niet, want die zit ergens net boven de horizon, Orion is omgekanteld… prachtig gewoon!
Het feest in het dorp gaat door tot 5:00 ’s morgens, maar houdt ons niet tegen goed te slapen. Oef!
Maar, op den duur, is een mens tevreden met wat hij gedaan en gezien heeft... hoéft het allemaal niet meer per se... en is alles wat komt, nog aangenaam meegenomen. We zien dus wel! ;-)
En... in hun taalgebruik zijn wij geen 'blanken', zij heten ons gewoon: 'witte mensen'. Ik citeerde dus henzelf... En ik moet toegeven dat ik het ook wel mooier vind klinken. De term 'blank' staat, in mijn ogen, met een negatieve bijklank tegenover het woord 'neger'. 'Zwart' en 'wit' vind ik daardoor toch een stuk respectvoller...
Zo leuk om dit alles te lezen, wat jullie meemaken en hoe jullie dat ervaren! Hoe tof is dat. Geniet laar verder van elke nieuwe dag op jullie avontuur!
"hij heeft het over vlinders, vogels, apen en andere dieren die in het woud voorkomen": heb je die beesten zelf ook te zien gekregen? Of heb je genoeg andere "beesten" om jullie heen? ;-)
Geniet van jullie prachtige reisverhalen, weliswaar gelezen met een beetje retard.